Waterzijdig systeem op tuinbouwbedrijven doorgelicht

Dit voorjaar viel er weinig regenwater dus worden nu al de reserves aangesproken. In een vorige nieuwsmail Tuinbouw had Groen Agro Control reeds aandacht voor regels aan humaan pathogenen in water volgens GlobalGAP. Dat gaat over gezondheid voor mensen. Maar natuurlijk vraagt uw gewas ook ‘gezond’ water. “Het hele waterzijdige systeem is op veel bedrijven best complex. In elke leiding, opslagsilo of in de unit of met waterbehandeling via techniek of met middelen, kan het water veranderen en daarmee ook de eigenschappen ervan op het gewas”, zo weet Ines van Marrewijk, productmanager bij Groen Agro Control.

Focus bij microbiologie ligt op het monitoren van water op een aantal plaatsen in het systeem. Ten minste zou men uitgangswater voor en na de ontsmetten en zeker het druppelwater regelmatig mogen controleren op kiemgetallen. Dat kan een beperkte controle zijn op alleen bacteriën en schimmels maar steeds meer bedrijven hechten er waarde aan om zogenaamd ‘Kiemgetal uitgebreid’ te laten bepalen waarmee ook de laagst mogelijke besmetting van Fusarium, Pythium en Phythophthora in beeld komt. En dat kan kritisch zijn om het systeem goed te beoordelen, want ook al controleert en ontsmet de teler het water, in opslag of in het systeem kan helaas weer vermeerdering van microbiologie plaatsvinden omdat er een paar sporen zijn achtergebleven.

Voldoende zuurstof in water en substraat zal naar de zomer toe, met hogere temperaturen, een uitdaging zijn. Meten is weten bij zuurstof en dat kan heel eenvoudig met sensoren. Goed om te realiseren dat we als lab bacteriën normaliter als aeroob kiemgetal bij 300 graden Celsius bepalen. Onder anaerobe, dus wat meer zuurstofarme omstandigheden komen anaerobe bacteriën meer tot ontwikkeling. Die kunnen we desgewenst op aanvraag ook tellen via anaeroob kiemgetal bacteriën in water. Doe deze bepaling erbij en niet als vervanging van het aeroob kiemgetal. Biologisch en chemisch zuurstofverbruik als analyse kan tevens een indruk geven van de activiteit in water.

Wat dat dan precies voor bacterie is, is vaak niet meteen duidelijk. “Een voorbeeld: Groen Agro Control benoemde vele jaren bepaalde wortelgroei ‘kralenwortels’ en weer een andere beeld ’dikke wortels’. Beide blijken een bacteriële oorzaak te hebben. Van veel bacteriën is nog niet dat die schadelijk kunnen zijn voor planten- en of wortelgroei. We weten inmiddels meer maar nog lang niet alles. De bacterie Ralstonia was ook zo’n ‘onbekende factor’ toen die plots opdook in roos en anthurium, dat was voorheen wereldwijd nog niet beschreven als ziekte in die gewassen.”

Controleer nutriënten niet alleen in drainwater of uitgangswater, maar neem ook met regelmaat een monster van het giftwater, is het advies. Zo kan men zien dat de instellingen en aanpassingen ook werkelijk zo bij de plant komen. En neem dan een giftmonster zoals het bij de plant komt of uit een dagvoorraad. Neem bij voorkeur geen monster uit de mengbak, niet terwijl die draait en zeker niet terwijl die stil staat. De menging van A en B bak met drainwater en vers water gebeurt via pulsen en is vaak niet erg homogeen in de mengbak zelf.

Via drift komen gewasbeschermingsmiddelen en zelfs onkruidbestrijdingsmiddelen in het open regenwaterbassin vaker voor dan je zou denken. Daarom is slootwater soms geen veilige bron. Laat bij twijfel niet alleen screening residu doen maar een uitgebreider analyse op remstoffen en herbiciden.

“Voor elk soort water hebben we geschikte pakketten. Vraag dus vooraf wat uw doel is zodat ons lab de juiste analyses kan inzetten. Neem ook notie van de informatie over monstermateriaal en hoeveelheid monster dat nodig is via onze pagina Materialen voor monstername.”

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Ines van Marrewijk, productmanager bij Groen Agro Control, Distributieweg 1 – 2645 EG Delfgauw, telf. 015 2572511

Publicatiedatum: 
© GroentenNieuws.nl